Regering kondigt nieuwe besparingen aan: 'Die riante vertrekpremies betalen zichzelf niet'

BINNENPARKING – Zowel de federale als Vlaamse regeringen blijven zich zorgen maken over de gezondheid van hun respectievelijke begroting, en dat gaat de burger nog een flinke duit kosten. Onvermijdelijk als we belangrijke peilers van onze democratie, zoals de exorbitante uittredingspremies van onze beroepspolitici, willen veiligstellen voor de toekomst, klinkt het in Brussel. Het ziet er dus naar uit dat nieuwe besparingen in de sociale zekerheid, gezondheidszorg, onderwijs, cultuursector, publieke nutsbedrijven en andere sectoren zich zullen aankondigen.

“Er zal weinig anders opzitten”, zucht ook Vlaams parlementsvoorzitter Jan Peumans (N-VA), die na minister Jo Vandeurzen (CD&V) nu ook parlementslid en diens partijgenote Sonja Claes langs de kassa ziet passeren voor een bescheiden vertrekpremie van 190.000 euro. “Hoe je het ook draait of keert, dat geld gaat van ergens moeten komen”, aldus de Limburgse politicus. “En als ik hier zo in het parlement rondkijk, zie ik weinig kandidaten om daarvoor op te draaien. Dus ja, er zal hier en daar toch nog een school dicht moeten om dat te blijven bolwerken.”

Ook staatssecretaris Pieter De Crem (CD&V) strijkt na zijn vertrek uit de federale politiek om en bij de 400.000 euro op. ‘Dat is uiteraard niet niks en het zou dan ook niemand mogen verbazen als de regering ferm in uw pensioenen zal snoeien om het mijne te kunnen betalen. Het ga jullie goed, jongens. Yolo.’

Als u graag wil weten hoeveel een Vlaams parlementslid maandelijks verdient buiten de uittredingsvergoeding gerekend, klikt u best hier. Als u niet met een rothumeur aan uw weekend wil beginnen, doet u dat best niet.