POLITIEK – Voor wie het doen en laten van ontslagnemend minister van Binnenlandse Zaken Pieter De Crem (CD&V) zelfs maar halvelings volgt zal het wellicht niet als een totale verrassing komen. De uitgesproken burgemeester van het Oost-Vlaamse Aalter zorgt voor een ware primeur en uit zich als ‘trans-politicus’, oftewel een politicus die omwille van zijn of haar ware ideologische overtuiging alsnog in de verkeerde partij is terechtgekomen. “Het heeft nu wel lang genoeg geduurd”, kondigde De Crem vanochtend aan. “Bij dezen kom ik uit de kast: ik ben een volbloed N-VA’er die in het lijf en de loopbaan van een tsjeef zit opgesloten.”
De Crem erkent dat dergelijke vermoedens al langere tijd circuleerden in en rond de Wetstraat. “Wie mij kent weet dat ik me als lid van een centrumpartij vaak ongemakkelijk in mijn vel voel. Je wil de partij en de mensen die er zich voor inzetten niet teleurstellen door alles voortdurend naar rechts te trekken, maar die innerlijke drang hou je niet tegen. Toen ik jong was bestonden er ook amper alternatieven. De welvaartsstaat ondergraven vanuit een sociaal conservatief, Vlaams-nationalistisch en toch salonfähig populisme? Wij kenden dat niet. Nu dat plots wel allemaal bespreekbaar is geworden, weet ik niet of ik nog veel langer tegen mijn onbetwistbaar rechtse aard kan vechten. Sorry.”
Op veel expliciete steun kan de 58-jarige beleidsmaker vooralsnog niet rekenen. Partijvoorzitter Joachim Coens toonde zich alvast een authentieke christendemocraat door simpelweg niet te reageren. Wel zou De Crem een aanmoedigend sms’je van N-VA’er Theo Francken hebben gekregen. “Ik begrijp PERFECT wat je doormaakt”, schreef de Lubbekenaar hem naar verluidt.
Weinig origineel.
Ik hoorde onlangs van iemand die in de financiële problemen was gekomen omdat hij wat hand- en spandiensten deed die niet geregistreerd waren, wat ineens niet mocht.
Een ander verhaal van iemand die uit het ziekenhuis kwam voor controle en daarna gelijk ziek werd met hoge koorts.
Ik hoorde een christelijk iemand eens zeggen dat we ‘in het zweet des aanschijns’ ons brood moeten eten, vanwege de erfzonde. Christenen zijn allengs meer op de Joden georiënteerd geraakt. In het Nieuwe Testament staat immers dat Jezus voor onze zonden is gestorven. Ik kwam gisteren ook twee mensen tegen uit Jeruzalem die de Holocaust verder archiveren, wat hebben die mensen hard gewerkt.
De twee konden Israël ternauwernood ontvluchten vanwege de lockdown.
Ze waren het land ontvlucht, ze konden nauwelijks wegkomen en lieten me in die context een passage zien over valse christussen.
Ik zat buiten op een bankje in de zon. Misschien zie ik eruit als een zondaar. Plots stonden ze daar. (Ik had hen nooit eerder gezien.)
De grootste egoïsten vragen de meeste aanpassing.
Het probleem met materialisten is dat ze niet puur technisch zijn of ‘materieel’, maar dat ze een bepaalde aspiratie hebben.
Multiculturalisme is een illusie, want er is al geen cultuur als uitgangspunt anders dan de seksuele revolutie die immers steunt op emotie en promiscuïteit als norm waarbij men steeds sneller uitgekeken is op de ander. Dat is ook waar de commercialisering om draait met trends en mythes over zwarten waar blanken zich mee voeden die van zichzelf geaccepteerd hebben dat ze enkel een biologisch gegeven zijn. Dat is makkelijker voor een vrouw. De filosofie staat niet op zichzelf. De experimentatie zet zich voort in de politiek. Een kennis van me vond zijn vrouw met een andere man in bed, en maakte de vriendschap uit met hem. En daarna met alle mannen, competitie. Ik zie het andersom, zij heeft die verantwoordelijkheid zelf beërfd.